Mystieke kennis in een compleet therapeutisch systeem
Er zijn vele manieren om contact te krijgen met je intuïtie en te luisteren naar je innerlijke stem. Eén van deze manieren is het werken met orakelkaarten. Op deze website kun je kennis maken met de Levensboompaden, een complete methodiek met 66 paden naar bewustwording gebaseerd op de oeroude wijsheid van de Kabbala.
Hieronder vind je een beknopt theoretisch verhaal over de opbouw van de Levensboom. Op deze site kun je ook een kaartje trekken, zo vaak als je wilt. In de winkel kun je de 66 kaarten gratis downloaden, de bijbehorende middelen aanschaffen die jou ondersteunen in je proces van bewustwording, een testkaart kopen en het boek met 66 kaarten (samen in een prachtig bedrukte doos) bestellen zodat je verschillende leggingen kunt doen en omschrijvingen opzoeken. Voor therapeuten is er een werkboek met alle oefeningen en middelen.
In vele oude tradities kent men een levensboom, zoals bijvoorbeeld de Ygdrasill uit de Noordse kosmogonie (Edda), de Irminsul in de Germaanse mythologie en de Keltische levensboom.
Deze levensboompaden zijn echter gebaseerd op de kennis uit de Kabbala, de mystieke stroming in het Jodendom. Deze mystieke leer was voorbehouden aan de geleerden en werd eeuwenlang mondeling doorgegeven van leraar op leerling, totdat de kennis in de 3e tot 6e eeuw na Chr. werd neergeschreven in het Boek der Schepping (Sefer Yetsira).
Hierin vinden we de eerste geschriften over de 10 vaten (sefiroth) en de 22 verbindingspaden (de letters van het Hebreeuwse alfabet). Pas in de 16e eeuw maakte Rabbijn Luria de Levensboom echt toegankelijk.
Er zijn 66 paden naar bewustzijn die je via de kaarten en de omschrijvingen kunt doorlopen. In de levensboom bevinden zich 10 vaten en eentje extra die niet een echt vat is, maar wel nodig is om de bewustwording te completeren. Die 11 vaten bestaan in 4 niveaus, in de Kabbala de 4 werelden genoemd. Dat levert in totaal 44 paden op. Tussen die vaten lopen 22 verbindingspaden, dus in totaal 44 + 22 = 66 bewustzijnspaden.
In het boek licht ik de 10 + 1 vaten, de 4 werelden en 22 verbindingspaden uitgebreid toe. Ook op de cursus ga ik hier dieper op in. Meer informatie vind je hieronder.

Titelblad van Portaelucis 1516

De vaten
Het scheppingsverhaal in de Bijbel of Oude Testament verhaalt over de 7 dagen waarin onze wereld is geschapen. De Kabbala verklaart gedetailleerd hoe onze wereld vorm heeft gekregen. Het voert te ver om de hele kosmogonie (het ontstaan van onze kosmos) en kosmologie (de structuur en evolutie van het heelal) hier te vertellen, maar kort samengevat komt het neer op het volgende.
Onze wereld is ontstaan door het langzaam materialiseren van het stralende, alom aanwezige licht, goddelijke uitstraling, het Ein Sof genaamd. Dit scheppingslicht straalde alle kanten uit en om iets te kunnen creeëren, werd het opgevangen door tien vaten (sefiroth, enkelvoud sefira) die het licht kleurden met hun eigenschappen en zo stap voor stap verdichtten tot het materie werd en onze wereld een feit was. Ieder vat neemt een deel van het licht op en straalt de rest uit naar de volgende vaten. Het licht blijft altijd hetzelfde, een uiting van het licht van onze Bron. Dit licht vind je terug in alle levende wezens, in alle materie en in alles wat ons omringt.
Als je de vaten vergelijkt met water, krijg je de volgende analogie: Het onmetelijke diepe water in de aarde (Kether) breekt met veel kracht door de aardkorst heen en vormt een bron (Chochma). Dan komt het water in een stroompje waar het ingeperkt wordt door de kant (Bina). Uiteindelijk zal deze stroom via vele tussenstappen (Chesed tot en met Yesod) een rivier vormen die naar zee stroomt (Malchoet).
De werelden
Tussen de vaten lopen 22 verbindingspaden, die corresponderen met de letters van het Hebreeuwse alfabet. De letters zijn in te delen in 3 groepen, namelijk de drie moederletters, die de horizontale paden vormen, de zeven dubbele letters, die de verticale paden vormen en tenslotte de twaalf enkelvoudige letters die de schuine paden vertegenwoordigen. In de kaarten 45 t/m 66 vind je deze verbindingspaden terug; de paden zijn genoemd naar de bijbehorende letter. We onderscheiden de drie moederletters, de zeven dubbele en twaalf enkelvoudige letters.

De zuilen
De vaten of schalen kunnen worden ingedeeld in drie zuilen, die elkaar in balans houden; op het plaatje links zie je welke vaten op welke zuil liggen.
Links bevindt zich de Zuil van Samentrekking, waarop de sefiroth Bina, Gevoera en Hod liggen. Dit zijn de vrouwelijke vaten van stagnatie, rust, overdenken en beperking, te vergelijken met de Yin energie in de Chinese Tao.
In het midden is de Zuil van Evenwicht, waarop de sefiroth Kether, (Da’at), Tiferet, Yesod en Malchoet liggen. In deze zuil is balans, vergelijkbaar met het Yin-Yang teken uit de Tao.
Rechts zie je de Zuil van Uitbreiding, de mannelijke zuil, met daarop de sefiroth Chochma, Chesed en Netzach. Deze zuil is explosief en scheppend, te vergelijken met de Yang energie uit de Tao.
De Triades
In de boeken over Kabbala wordt gesproken van drie Triades (driehoeken) in de levensboom. Tussen deze driehoeken onderscheiden we twee keer een kloof. De eerste triade (paars) is de hemelse triade, een driehoek gevormd door Kether, Chochma en Bina. De tweede triade (groen) is de triade van morele macht en ethiek, en wordt gevormd door Chesed, Gevoera en Tiferet. De derde triade (rood) is het materiële universum en wordt gevormd door Netzach, Hod en Yesod.
